Nieuwe generatie windturbine aan Sportcentrum Kiewit
17 Mei 2018
Hasselt mist zijn afspraak met de toekomst niet en heeft de doelstelling om op korte termijn een 2e generatie windturbine te plaatsen aan het Sportcentrum Kiewit.
AMBITIEUS KLIMAATBELEID
Hasselt voert een ambitieus klimaatbeleid om tegen 2030 de CO2-uitstoot op zijn grondgebied met 40% te verminderen. Tegen 2050 wil de stad zelfs evolueren naar een klimaatneutraliteit. “Om deze doelstelling te bereiken heeft Hasselt, in samenwerking met het Hasselts Energiebedrijf, een actieplan opgesteld om de nieuwe doelen van het Burgemeesterconvenant te bereiken. Hierbij wordt duurzaamheid niet langer als een apart vakje gezien, maar wordt het geïntegreerd in zoveel mogelijk beleidsdomeinen en -beslissingen”, legt schepen voor Energie en Duurzaamheid Joost Venken uit.
VERSCHEIDENE ACTIES
Op het vlak van hernieuwbare energie heeft de stad reeds verscheidene acties ondernomen zoals het project ‘Solarstad Hasselt’ met de groepsaankoop zonnepanelen, in 2017 goed voor 140 particuliere installaties, en de installatie van zonnepanelen op de eigen stedelijke gebouwen voor een totaal van 565 MWh/jaar.
WINDENERGIE OP KLEINE SCHAAL
Naast zonne-energie, wil de stad echter ook de ontwikkeling van windenergie op kleine schaal ondersteunen.
“Meer concreet wil Hasselt op korte termijn een innovatieve middelgrote windturbine plaatsen aan het sportcentrum Kiewit”, zegt Venken. “Waar de traditionele windturbine een tiphoogte heeft van +/- 150 meter, zal deze een tiphoogte hebben van slechts 40 meter. Daarenboven zal deze turbine uitgerust zijn met een verticale as waarbij de rotorbladen rond de mast draaien. Deze turbine is dus in niets te vergelijken met de klassieke grote windmolens zoals deze langs het kanaal. Dit is een bewuste keuze. Deze bijzonderheden maken immers dat een dergelijke turbine een zeer beperkte impact heeft op de omgeving en aansluit bij de schaal en de opbouw van het landschap. Met de realisatie van dit project, zet de stad Hasselt een innovatieve stap richting de verdere verduurzaming van het energiesysteem.”